Verstedelijkt landschap
Als zoon van een tuinder groeide ik op aan de langste weg van de polder Heerhugowaard, de Middenweg.
Tijdens mijn jeugd transformeerde het agrarische dorp in een nieuwbouwstad. Heerhugowaard werd een
overloopgemeente voor Amsterdammers en groeide explosief van 6000 naar 45000 inwoners.
Het was de tijd van vooruitgang, van nieuwbouw en er werd veel gesloopt.
In het dorpshart verdwenen de neoromaanse monumentale kerk van Adrianus Bleijs, de houten huisjes bij
de benzinepomp, het villakakelbontachtige landhuis en het raadhuisje met de stenen geveltrap waar ik als
kleuter iedere ochtend overheen liep.
Om ons huis heen aan de Middenweg verdwenen de veevoerderij de Volharding met de kunstmesthandel
Vita Nova van mijn opa, de winkel de Kleine Bazar, café de Rustende Jager en typerende stolpboerderijen.
Het uitzicht vanaf het land van mijn vader reikte ver, tot aan de spoorlijn Alkmaar-Den Helder. Mijn vader
werd door de gemeente uitgekocht. Nu zijn er woonwijken met een bioscoop, uitgaansgelegenheden en een
winkelcentrum.
Vanaf mijn kleutertijd tot ik als student naar Amsterdam verhuisde heb ik de transformatie van polderdorp
naar nieuwbouwstad meegemaakt. Mijn interesse in verstedelijkt landschap en moderne stadsgezichten is
hier ontstaan.
Daarnaast heb ik een passie voor geschiedenis en heb ik, als betrokken buurtbewoner, me ingezet voor behoud
van industrieel erfgoed op Oostenburg in Amsterdam.